Corona zette dit jaar de hele wereld op z’n kop. Het betekende voor ons een onverwachte uitdaging, omdat Veiligheidsregio’s een grote rol hebben in het weer veilig maken en houden van de samenleving. De coronacrisis in Nederland begon in februari en daarmee had deze ruim 10 maanden van 2020 een grote impact op de samenleving en onze organisatie.

Na de eerste coronamelding versterkten we direct onze samenwerking met de GGD. Omdat in eerste instantie vooral Brabant getroffen was door het virus, hebben we ook een intensieve samenwerking opgezet met de andere Brabantse regio’s. Al snel kwam daar de landelijke samenwerking en afstemming bij. Wij zorgden ervoor dat onze regionale en lokale belangen werden meegenomen in de landelijke overwegingen. Vervolgens voerden we zoveel mogelijk de landelijke richtlijnen uit. 

7 dagen per week
De crisisorganisatie werd opgetuigd. Een organisatie die 7 dagen per week aan de slag ging om de steeds veranderende omgeving van de benodigde informatie en middelen te voorzien. Veel collega’s verruilden hun reguliere taken voor het werk binnen de crisisorganisatie. Anderen zorgden ervoor dat het noodzakelijke reguliere werk van de collega’s zoveel mogelijk kon doorgaan. Het was ‘alle hens aan dek’ en iedereen zette zich volledig in.

Flexibiliteit
De bestrijding van deze crisis paste niet altijd binnen de reguliere structuur. Om aan de vraag naar regionale, interregionale en landelijke sturing te voldoen, was op alle niveaus extra flexibiliteit en aanpassingsvermogen nodig.

Tweede golf
Na een korte adempauze in de zomerperiode kwam de tweede golf. De crisisorganisatie ging op volle sterkte weer aan de slag. Terwijl in het najaar een aantal keer nieuwe maatregelen werden doorgevoerd, werd ook de Tijdelijke wet maatregelen COVID-19 (Twm) voorbereid. De wet ging in op 1 december. Hoewel de veiligheidsregio en de voorzitter een andere rol kregen, besloten we een groot deel van de processen in stand te houden. De ernst van de situatie vroeg daarom, we wisten dat het zo goed werkte en het was belangrijk om in de regio uniformiteit uit te stralen. Eind 2020 kwam er langzaam zicht op de goedkeuring van enkele vaccins en een start van de vaccinaties.  Hoewel dat enig perspectief gaf, eindigden we het jaar in een lockdown. 

Samenwerken
Er waren veel partners betrokken bij het bestrijden van deze crisis. De samenwerking met hen was intensief. Gemeenten, GGD, Defensie, Bevolkingszorg, OM, Politie, GHOR, Marchaussee; ieders inbreng was enorm belangrijk en noodzakelijk. Samen werkten we aan onder andere noodverordeningen, handhavingskaders, bewaken van de zorgcontinuïteit. Ook beantwoordden we nonstop vragen van ondernemers, bewoners en media. 

Zorgpartners
De GHOR (afdeling van VRBZO) had een belangrijke taak in de Brabantbrede samenwerking op het gebied van de zorg. We werkten samen met de GGD’en, brachten zorgpartners bij elkaar en ondersteunden overlegorganen. De GHOR initieerde een nieuw overleg, voor niet acute zorgpartners: het Regionaal Overleg Niet Acute Zorgpartners (RONAZ). We werkten samen scenario’s uit om de zorgcontinuïteit te kunnen garanderen en ondersteunden bijvoorbeeld bij het opzetten van cohorten (zorgafdelingen op niet-reguliere zorglocaties). Daarnaast werd de GHOR tijdens de eerste golf verantwoordelijk voor het actiecentrum ‘verspreiding beschermingsmiddelen’ dat werkte voor alle zorgverleners in heel Brabant.

Distributiecentrum opgezet

Tijdens het begin van de coronacrisis startte de GHOR met de coördinatie van de persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s) op verzoek van de zorginstellingen. Er werd in kaart gebracht wat er beschikbaar was en hoe dat verdeeld moest worden. De vraag naar PBM’s was echter veel groter dan wat er binnen kwam. Halverwege maart bleken de tekorten van de PBM’s zo nijpend dat er een actiecentrum werd ingericht. Het distributiecentrum PBM’s was daarmee een feit.

De taak van het centrum was om PBM’s centraal in te zamelen en te verdelen over de zorginstellingen. De crisisorganisatie van VRBZO nam hierin voor heel Brabant een coördinerende en uitvoerende rol op zich. Als snel werkten hier 15 personen, 7 dagen per week.

De inzamelingsacties van het distributiecentrum waren succesvol. We kregen enorm veel giften van bedrijven. Veel van hen konden of mochten hun beroep niet meer uitoefenen door de ‘lockdown’ en schonken hun beschermingsmiddelen. Ook zorgde spontane inzamelacties van inwoners van de regio voor extra materiaal. Met deze giften werden veel zorgverleners geholpen. 

De distributie werd uitgevoerd volgens landelijke prioritering van het gebruik van PBM’s in de zorg. Tot het landelijk netwerk voldoende PBM’s had om de zorginstellingen te voorzien was het distributiecentrum de spil voor de nooddistributie in Brabant.

Tijdens de tweede coronagolf waren er gelukkig voldoende beschermingsmiddelen voorradig en werd de verdeling landelijk georganiseerd. Het distributiecentrum is nog wel steeds actief wanneer het om bijzondere middelen gaat. 

Cijfers beschermingsmiddelen

161.400

Donaties handschoenen

258.557

Donaties chirurgische maskers

2.499

Donaties isolatiejassen

3.689.364

Totaal  aantal geleverde artikelen

Informatievoorziening GHOR

De GHOR bundelt en deelt bij een crisis alle beschikbare informatie. Zo draagt de GHOR bij aan een uniforme en betrouwbare informatievoorziening voor de zorgpartners. In de voorbereiding op een mogelijke crisis of pandemie voert de GHOR gesprekken met zoveel mogelijk geneeskundige partners. Het doel is om de processen die tijdens een crisis gaan lopen goed op elkaar af te stemmen.

Tot afgelopen jaar hadden we te maken met korte crises. De coronacrisis was echter van ongekende grootte, in omvang én in tijdsduur. Op alle vlakken van de gezondheidszorg was de impact groot. 

Door de hectiek en heftigheid van de crisis vielen de zorgpartners terug op de vertrouwde overlegplatformen. Daarmee pakten zij hun rol om de crisis te bestrijden op binnen hun eigen werkveld.

Dat betekende voor de GHOR een extra uitdaging om de verbinding tussen de verschillende overlegplatformen te (blijven) leggen. Het resultaat was een intensieve samenwerking met het Regionaal Overleg Acute Zorg (ROAZ) en een vernieuwde opzet en start van het Regionaal Overleg Niet Acute Zorg (RONAZ).